door Webredactie | nov 11, 2022 | Terugblik, VNG Utrecht Nieuws
De VNG en de VNG Utrecht kijken terug op een succesvolle en goed bezochte bijeenkomst over de Verenigingsstrategie 2030 van de landelijke VNG. Hieronder leest u een persoonlijk bericht van Pieter Jeroense, plaatsvervangend algemeen directeur van de VNG, naar aanleiding van de bijeenkomst.
“Op 4 november spraken we in het gemeentehuis van Houten met een gemêleerd gezelschap van burgemeesters, gemeentesecretarissen, raadsleden en wethouders van VNG Utrecht over de Verenigingsstrategie 2030. Onze gastheer was burgemeester Gilbert Isabella. Marcella van Esterik, griffier van Soest en bestuurslid van VNG Utrecht, faciliteerde het gesprek.
In de reeks bijeenkomsten met de provinciale VNG-afdelingen was dit de zesde bijeenkomst. Voor de gemeenteraadsverkiezingen hebben we ook een ronde gedaan langs de provinciale VNG-afdelingen en diverse netwerken. Op basis daarvan is een 80% versie geschreven van de Verenigingsstrategie. Met de input van de nieuwe raden en colleges zullen we deze versie verder aanvullen en presenteren op de Algemene Ledenvergadering van de VNG in juni 2023.
We bespraken eerst een aantal actuele thema’s naar aanleiding van de bestuursvergadering van de VNG op 3 november, waaronder de voordracht van Sharon Dijksma voor het (vice)voorzitterschap van de vereniging, de instelling van de tijdelijke commissie Asiel en Migratie en een aantal agendapunten voor de Algemene Ledenvergadering op 2 december, zoals de Omgevingswet en het Integraal Zorgakkoord. De structurele financiering door het rijk aan gemeenten is een grote zorg en geeft veel onzekerheid, dat werd door u onderstreept. De wereldwijde transities van dit moment hebben een directe impact op gemeenten. Dit is een uitdaging, maar betekent ook een taakverzwaring, waarvoor gemeenten voldoende middelen moeten ontvangen.

In het gesprek over de Verenigingsstrategie 2030 heb ik toegelicht dat wij zoeken naar een nieuw model, dat we “omgekeerd medebewind” hebben genoemd. Hierin doen gemeenten een stap naar voren door maatschappelijke opgaven te agenderen en oplossingen aan te dragen en aan het rijk de randvoorwaarden te stellen voor de uitvoering. Met elkaar zullen we moeten bezien voor welke opgaven dit model passend is. Deze benadering stelt gemeenten in staat om proactief opgaven te agenderen en vraagstukken aan te pakken vanuit het perspectief van de leefwereld van inwoners. Terecht werd de vraag gesteld: zijn wij hier als gemeenten goed op voorbereid? We kunnen meer gezamenlijk doen. Door meer onderlinge samenwerking en gebruik te maken van elkaars ervaring in de uitvoering kunnen we krachten bundelen, waarbij werd benadrukt dat dit ook op strategisch vlak van belang is. Niet alle gemeenten zijn op dit niveau goed bezet op dit moment. Het huidige personeelstekort speelt hierbij een rol.
Bij de stemming over de diverse discussiepunten via de Mentimeter, voelde ik steun voor de ontwikkeling van een toekomstvisie, waar we nu mee bezig zijn. Door u werd benadrukt om daarin oog te hebben voor een visie op de gezamenlijke uitvoering. Ook gaf u steun aan het model van het omgekeerd medebewind en benadrukte u belang van het goed organiseren van commitment in de vereniging, met nadruk op een goede verbinding met de diverse netwerken en een goede afstemming in de lobby. U gaf aan de relatie met de waterschappen en provincie daarbij niet te vergeten.
Het is voor de VNG van groot belang steeds te blijven checken of we via de huidige governance in staat zijn om goed input op te halen bij onze leden, ook bij kleine gemeenten. Nog meer aandacht voor de rol van raadsleden binnen de VNG governance werd genoemd door een aantal aanwezige raadsleden. Dit is ook een aandachtspunt binnen de VNG en onze Commissie Raadsleden & Griffiers.
Bij het onderwerp “De VNG ontwikkelt zich tot een vereniging van gemeenten die samenwerken in de regio’s” ontstond veel discussie waarbij de zorg om de democratische legitimiteit aan de orde kwam. Conclusie was dat de VNG in elk geval de belangen moet blijven vertegenwoordigen van de afzonderlijke gemeenten die samenwerken in regio-verbanden.
Tenslotte kreeg het investeren in het leren van elkaar en het verbeteren van de uitvoering, een hoog cijfer van u waarbij wederom werd aangegeven dat leren van elkaar ook op strategische niveau belangrijk is.
De stap naar voren kreeg een hoog cijfer. Dat is mooi. U gaf wel aan om ervoor te waken dat het niet alleen een systeem-verhaal wordt, want verandering gaat met name over cultuur, waarbij u aangaf: Denk vooral vanuit de inwoners van gemeenten.
Ook goed om te horen dat de communicatiemiddelen van de VNG goed worden gewaardeerd, waarbij u aangaf dat ze nog beter bekend zouden mogen zijn. Tijdens de bijeenkomst zijn we daar meteen mee aan de slag gegaan.
Het vervolg: we spreken over de Verenigingsstrategie de komende tijd nog met zes provinciale VNG-afdelingen en diverse andere netwerken. Met alle input gaan we de concept-eindversie opstellen voor de ALV van juni 2023. Deze sturen wij voorafgaand aan de ALV naar alle gemeenten, zowel naar de colleges als de gemeenteraden.”
Vriendelijke groet,
Pieter Jeroense
Algemeen plaatsvervangend directeur VNG
door Webredactie | jun 17, 2022 | Terugblik, VNG Utrecht Nieuws
Prachtig weer, een schitterende locatie maar bovenal een boeiend programma. Het waren ingrediënten die het Voorjaarscongres 2022 van de VNG Utrecht in de gemeente De Ronde Venen tot een succes maakten. De bijeenkomst stond in het teken van de nieuwe bestuurscultuur die nodig is om de relatie met de samenleving te herstellen. Elkaar weer leren begrijpen blijkt een belangrijke voorwaarde voor herstel. Immers: “Begrijpen is vertrouwen.”

Ontvangst bij Wander Island in Vinkeveen.
De deelnemers aan het voorjaarscongres werden bij aanvang van harte welkom geheten door Maarten Divendal, burgemeester van gastgemeente De Ronde Venen en voorzitter van de VNG Utrecht. Dat gebeurde op het buitenterras van congreslocatie Wander Island in Vinkeveen. Geheel conform de nieuwe bestuurscultuur, zo schertste hij. “Maximaal transparant en niet in achterafzaaltjes.”
Na de Algemene Ledenvergadering van de VNG Utrecht (klik hier voor het verslag) was het woord aan Luuk Heijlman, hoofd concernstaf van de VNG, die sprak over Haagse actualiteiten en vooruitblikte op de ALV van de VNG van woensdag 29 juni. Financiën blijkt opnieuw het belangrijkste thema in het overleg met bewindslieden. Heijlman: “Het kabinet wil de komende jaren veel meer uitgeven en dus gaat het accres ook fors omhoog. Dat betekent dat in de jaren tot en met 2025 gemeenten zekerheid hebben over de extra inkomsten uit het Gemeentefonds. Maar 2026 is een ander verhaal. Dan knalt de herverdelingskorting er in een keer in en hebben we echt een probleem. Want je kunt niet investeren met een enkeljarige financiering. Dat proberen we het kabinet duidelijk te maken, maar dat kost moeite omdat het rijk met een financieringsstructuur werkt. Een aantal ministers snapt ons probleem en probeert tot een oplossing te komen. Die broedende kip willen we op dit moment niet storen. Duidelijk is dat als die oplossing niet gevonden wordt, we ook geen structurele afspraken kunnen maken, bijvoorbeeld over klimaat of vluchtelingen. We hopen dat dat gesprek niet gevoerd hoeft te worden.”
Stoppen met ruzie maken
Burgemeester Iris Meerts van Wijk bij Duurstede vroeg zich af of de toon in het overleg wellicht anders kan. “Moeten we niet stoppen met ruzie maken?” Heijlman is daar helemaal mee eens. “Tegelijkertijd geldt dat we als gemeenten zonder geld niet kunnen betekenen. Er zijn grenzen aan wat onze financiële mogelijkheden. Wat ons stoort is dat men aan die grenzen morrelt. Daaruit blijkt een gebrek aan respect voor een medeoverheid.”
Wethouder Hugo Prakke van Baarn stelde de vraag of er nog iets te doen valt aan de herverdeling van het Gemeentefonds. Baarn is een van de gemeenten die grote nadelen ondervindt van die operatie. Daar lijkt volgende Heijlman de race helaas al gelopen. “Het is wet geworden. Dan heeft boos worden geen zin meer. We zijn in gesprek met BZK over de problemen. Maar een eventuele oplossing is alleen langs zachte lijn te vinden.”
Tot slot vroeg Heijlman nog aandacht voor de zoektocht naar nieuwe leden voor de commissies en het bestuur van de VNG. Maarten Divendal zei dat de VNG Utrecht Utrechtse kandidaten van harte zal ondersteunen, zij het onder voorwaarden. “We willen dat mensen als ze eenmaal zijn verkozen ook terugkoppeling geven naar het provinciaal niveau en dat ze ook meenemen wat er leeft in provinciale afdeling. Wie dat belooft, kan op onze steun rekenen.”

Margriet Oostveen
Vertrouwen vereist begrip
Na de pauze was het thema aan de orde: ‘Besturen mét de samenleving’, Bouwstenen voor een nieuwe bestuurscultuur’.
Als redacteur/columnist van de Volkskrant schrijft Margriet Oostveen regelmatig over dit thema in de zogeheten ‘verslaggeverscolumn’. Aan de hand van diverse voorbeelden legde zij de vinger op zere plekken in de omgang tussen inwoners en bestuurders. Zo werd in Oss uit oogpunt van transparante een glazen raadszaal gebouwd, waar bestuurders zich vervolgens enorm kwetsbaar in voelden. Reden om rond de raadszaal een grote hoeveelheid betonnen palen te plaatsen. “Het streven was om toegankelijk over te komen, maar in de praktijk sloot men zich onder het mom van veiligheid juist steeds meer van de bewoners af.”
Nederweert kwam met een betrokkenheidsambtenaar en in Utrecht was er de wijkwinkel om de drempel tussen bestuur en lokale samenleving te verlagen. Dat leidde tot wisselend succes. Voornaamste reden dat het soms fout gaat, is volgens Oostveen gelegen in het feit dat er steeds meer hoogopgeleide begeleiders en bestuurders bijkomen die de lager opgeleide doelgroep of bewoners niet meer begrijpen. En vice versa. “Ze leven allebei in verschillende werelden. En dat leidt tot heel veel argwaan over en weer. Dat merk ik als journalist en dat zal voor jullie niet heel anders zijn.”
Daar ligt volgens Oostveen dan ook de belangrijkste uitdaging om tot vernieuwing van de bestuurscultuur: probeer te begrijpen dat de realiteit voor een inwoner heel anders kan zijn dan hoe een bestuurder of ambtenaar die ervaart. Een loket voor inwoners waar zij met al hun problemen terecht kunnen en waar ook direct met het oplossen ervan worden begonnen is een goede eerste stap. “Begrijpen is vertrouwen. Dus ik zou daar toch maar eens werk van gaan maken.”

Albertine van Vliet
Overheid gericht op mensen
Tweede spreker was Albertine van Vliet, waarnemend dijkgraaf van het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht, met ruime ervaring in het binnenlands bestuur. Zo was zij dijkgraaf van het Waterschap Veluwe, burgemeester van Amersfoort en waarnemend burgemeester in een aantal gemeenten.
Zij wees op de boodschap van Kim Putters in het essay ‘De Menselijke Staat’, dat hij schreef bij zijn afscheid als directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Putters stelt daarin onder andere dat het perspectief van burgers nadrukkelijker moet terugkomen in beleid. “Nederland heeft een overheid nodig die laat zien dat ze er voor mensen is.” Daarvoor is het met name nodig dat de overheid zijn aannames over wat burgers wel en niet kunnen realistischer moet maken, en meer rekening moet houden met het dagelijks leven van mensen.
“Er is dringend kennis en inzicht nodig in hoe het echt met mensen gaat, hoe zij de toekomst tegemoet zien en wat het effect van overheidsbeleid is op hun leven. Alleen op die manier kunnen we ervoor zorgen dat mensen volwaardig en zinvol mee kunnen doen aan de samenleving en niet afhaken. Bovendien zullen mensen door passend en effectief beleid, en een betrouwbare overheid, zich meer gerepresenteerd voelen bij (politieke) keuzes en meer vertrouwen krijgen in de overheid. Met een overheid die draagvlak heeft in de bevolking en vertrouwd wordt omdat die overheid rechtvaardig is en levert, kunnen we werken aan de maatschappelijke uitdagingen waar Nederland de komende jaren voor staat.”
Putters pleit er ook voor om duidelijk te zijn over wat mensen van de overheid kunnen verwachten, en andersom, en wie welke rol wanneer heeft en waarop kan terugvallen als het even tegen zit: een sociaal contract kortom. Van Vliet is er groot voorstander van. “Een zeer terechte oproep. Kijk als raad en als gemeente of je kunt geven waar de mensen echt om vragen. Praat niet over ze, maar doe het samen. Niet teveel schrijven, niet teveel nieuw beleid maken. Maar ga met je inwoners praten. Daar zou je het mee moeten doen.
Levendig debat
De twee bijdragen leidden tot een levendig debat met de deelnemers. Zo wees een van de aanwezigen erop dat het dilemma vooral ontstaat door de botsing tussen de systeemwereld, waarin bestuurders verkeren en ingewikkelde vraagstukken moeten worden opgelost en de leefwereld van de inwoners. “En het moet gezegd: vanuit de systeemwereld hebben we het wel heel erg ingewikkeld gemaakt allemaal. En dat gaat ten koste van de leefwereld. Het zou fijn zijn als we geholpen worden om die aansluiting weer te vinden, zeg ik ook richting de media.”
Een andere deelnemer wees op de rol die juist gemeenten kunnen spelen om die aansluiting te vinden. “Praat niet alleen over maar vooral ook met je inwoners. Vraag het ze gewoon: ‘Als u vindt dat regels op de verkeerde wijze van bovenaf opgelegd worden, voedt ons dan van onderaf met argumenten, uitdagingen en problemen, zodat we daarmee naar regio, provincie of rijk kunnen. Je kunt zeker als kleinere gemeente veel meer samen met je inwoners te regelen.”
De toeslagenaffaire heeft ook een grote impact gehad, merkte iemand anders op. “Ikzelf wil bijvoorbeeld niet voor zo’n overheid werken. Een overheid die mensen voortdurend in de wielen rijdt en klem zet. Ik vond dat hartverscheurend. En ondertussen zit je er zelf machteloos bij. Dit moeten we echt fixen. Maar dat is meteen ook het mooie van de gemeenten. Wij hebben met elkaar de dure plicht om als eerste overheid voor onze mensen te gaan staan.”
Een deelnemer had een VMBO-school bezocht, waar zich een jongere had gemeld die in een jaar jeugdzorg met acht begeleiders te maken kreeg. “Dit soort problemen speelt in alle gemeenten. We zijn de weg een beetje kwijtgeraakt. Hoe kunnen we jongeren die ons nodig hebben de steun geven die ze nodig hebben, zonder in systemen, structuren en regelingen terug te vallen? Dat gesprek heeft me diep geraakt. Daar moeten we echt iets mee.”

Cees van Eijk
Samen bouwen aan vertrouwen
Gespreksleider Divendal riep de titels van een aantal coalitieakkoorden in herinnering. “De termen samen, bouwen, vertrouwen en betrouwbaar komen daarin het meeste terug. Maar hoe krijg je dat vooral elkaar?”
Cees van Eijk antwoordde dat Amersfoort daartoe regelmatig stadsgesprekken is aangegaan. “Het opvallende is dat we dan veelal geen nieuwe maar al bekende mensen aanspreken. Dat leidt tot diepgang en een integrale maar wel scherpe blik op de problematiek. De politici die bij die gesprekken aanwezig zijn uitermate enthousiast. Terwijl de ambtenaren juist van mening zijn dat het te vaak over kleine zaken gaat in plaats van over de grote lijn. Het zijn twee belevingen van hetzelfde. Hoe breng je dat samen?”
Misschien hebben de communicatiemensen van gemeenten daar wel een rol in. “Zij zijn veel tijd kwijt met het uit de wind houden van gemeentebestuurders. Maar juist hierin zijn zij belangrijk. Het gaat namelijk vaak over hetzelfde: mensen begrijpen het niet. Als je het uitlegt vaak wel.”
Van Vliet: “Duidelijke keuzes maken en mensen daarin meenemen is ook belangrijk. Misschien ook eens een beleidsarme collegeperiode invoeren. Focus en keuze: zorg dat je niet alles probeert te doen. Putters zegt daarover: vorm een gemeenschap, ook met mensen die je niet kent. En dat begint bij de gemeente.”
De coronacrisis heeft wat betreft voldoende lesstof geboden. “Hoe kom je in gesprek met mensen die er totaal anders over denken dan jij. Ook zij willen serieus worden genomen. Dat hebben we heel veel kunnen oefenen de laatste jaren.”
Ambtenaar is belangrijk
Vanuit de zaal merkte iemand op dat ook het perspectief van de ambtenaar niet vergeten moet worden. Zo werd de instroom van gevluchte Oekraïners vooral opgepakt als een bureaucratisch en digitaal ingericht proces. “Maar onze ambtenaren wilden dat helemaal niet. Die wilden de mensen juist zien. Laten we onze mensen dus vooral ook vanuit passie hun werk doen.”
In Soest is juist zwaar ingezet op zoveel mogelijk samenwerken, ook en misschien wel juist in de politieke arena, vertelt griffier Marcella van Esterik. “Vooraf had de raad zich ten doel gesteld om elkaar niet de tent uit te vechten maar samen met de inwoners op te trekken en tot nieuwe plannen te komen. Het gevolg: we hebben een breed gedragen coalitieakkoord, waarvan zelfs partijen die niet tot de coalitie behoren besloten hun handtekening eronder te zetten.”
Van Vliet: “We moeten terug naar de menselijke maat en verbinding proberen te leggen tussen systeem- en leefwereld. En ik voeg daaraan toe: koester de bureaucratie. Want ambtenaren zouden die verbinding heel goed kunnen leggen. De betrouwbare overheid wordt mede gevormd door onze ambtenaren. Geef ze dan ook het vertrouwen.
Gerrit Spelt, wethouder van Lopik, net begonnen aan zijn vijfde termijn, voegde daaraan toe twee tegels boven zijn bureau te hebben hangen. “Op de ene staat: de gemeente heeft inwoners, de McDonalds heeft burgers. En op de andere staat: het is niet voor niets dat beleid met dezelfde letters wordt geschreven als debiel. Als we het niet meer weten zoeken we een uitvlucht in beleid. Terwijl aan de andere kant ook eindeloos participeren een uiting kan zijn van besluiteloosheid. Mijn stelling: doe gewoon wat goed is voor je inwoners.”

Koos Janssen
Iedereen bereiken
Burgemeester Koos Janssen wees erop dat zijn liefde voor mensen verklaart waarom hij met zoveel passie zijn werk doet. “Maar dat hoef ik niet te vertellen, dat moeten mensen ervaren. Zij zitten niet op mijn woorden te wachten, maar op gedrag. Dat zie ik als onze opgave: wij willen onze inwoners kracht, nabijheid en vertrouwen laten ervaren. Daar kunnen mensen ons als gemeente ook op aanspreken. We willen iedereen bereiken en ik gun ook iedereen de ervaring dat hij of zij bereikt is. Dat de ervaring is bij onze inwoners dat zij ertoe doen. Niet zozeer dat een belang gediend is, maar dat er bij ons alleen een gedeeld verlangen is naar een goed leven. Goed leven betekent voor een mens dat hij het vorm kan geven op de wijze die hij wil. Daar hebben we als gemeenten een belangrijke rol in te vervullen.”
En zo kwam er een einde aan een inspirerende bijeenkomst. Dagvoorzitter Divendal: “Hier en daar was het een somber verhaal, maar het geeft in ieder geval helder aan waar voor ons allen de opgave ligt. Ik roep de woorden die eerder werden uitgesproken in herinnering: laten we proberen om voor een inwoner per dag van betekenis te zijn. Dat zie ik als een mooie uitdaging.”
door Webredactie | jun 13, 2022 | Terugblik, VNG Utrecht Nieuws
De nieuwe colleges en gemeenteraden spelen een sleutelrol bij het realiseren van de huidige bouwopgave. Die boodschap had Bouwend Nederland voor wethouders en raadsleden die deelnamen aan de Masterclass Bouw & Infra.
De bijeenkomst, die op 13 juni werd gehouden in het Provinciehuis, was bedoeld om gemeentebestuurders en -politici bij te praten over de bouwopgave in de provincie. Het is de eerste in een reeks Masterclasses die in alle provincies georganiseerd wordt.
Om de bouwopgave te kunnen realiseren is nauwe samenwerking met de bouwsector uitermate belangrijk, zo bleek. Alleen alle alle betrokkenen – regering, provincie, waterschappen en de bouw- en infrasector – de handen ineen slaan, is het mogelijk om betaalbare huizen, goed bereikbare wijken en een duurzame leefomgeving te realiseren.
Samen doorbouwen
Voor de verkiezingen bepaalde Bouwend Nederland in ‘Samen doorbouwen aan Nederland’ duidelijke standpunten op het vlak van wonen, duurzaamheid en mobiliteit. Ook de meeste gemeentes hebben inmiddels hun plannen vastgelegd in college-akkoorden. Het is nu zaak samen het bouwproces te versnellen. Bouwend Nederland wil het begrip tussen overheden en de bouwwereld versterken. Zo gaan bouwers en gemeenten regelmatig om tafel tijdens gemeentelijke bouw en infra overleggen (GBIO). Beter onderling begrip verlaagt de drempel om stappen voorwaarts te maken.
Tijdens de Masterclass Infra & Bouw, praatte Bouwend Nederland, samen met de VNG Utrecht en de Provincie Utrecht, nieuwe raadsleden en wethouders bij en deelden sprekers en deelnemers hun visie en ideeën met elkaar. Bouwend Nederland-voorzitter Maxime Verhagen vroeg in dat kader onder andere aandacht voor eenduidige richtlijnen voor duurzaamheid. Het is goed om de lat hoog te leggen. Tegelijkertijd is het dan wel nodig om overal dezelfde eisen te stellen. Dat is de basis om de kosten te verlagen, complexiteit te verminderen en vooral de bouwsnelheid te verhogen, aldus Verhagen.
Doelgericht schakelen
Ook de provincie en waterschappen werken graag samen met gemeenten. Zo wil de provincie Utrecht helpen versnellen met het vinden van de juiste locaties en het delen van expertise. Kennisoverdracht en samenwerking helpen gemeenten doelgerichter schakelen. Met het oog op klimaatadaptief bouwen zijn de waterschappen een belangrijke partner. Water is een uitdaging in heel Nederland en sturend voor de woningbouw. Daar kunnen gemeenten niet omheen. Om de juiste bouwlocaties te selecteren, is het verstandig in een vroeg stadium te overleggen met waterschappen. Dat voorkomt vertraging en hoge kosten achteraf.
door Webredactie | apr 8, 2022 | Terugblik, VNG Utrecht Nieuws
Donderdag 7 april 2022 vond in het Huis voor de provincie Utrecht de tweede editie plaats van de Utrechtse informatiemarkt ‘Besturen doe je samen’. De markt, georganiseerd door de provincie Utrecht en de VNG Utrecht, bood gemeenteraadsleden een unieke kans om binnen enkele uren geïnformeerd te worden over een groot aantal beleidsthema’s, die voor gemeenten van cruciaal belang zijn.
Tijdens de informatiemarkt konden bezoekers de meest uiteenlopende informatie over Utrechtse beleidsthema’s en organisaties verkrijgen. Daarnaast konden op meerdere locaties in het Provinciehuis presentaties worden bijgewoond of een videovoorstelling worden bekeken.
Hieronder vindt u een beeldimpressie van de bijeenkomst. U kunt inmiddels ook een bezoek brengen aan onze digitale informatiemarkt. Voor deze markt is dezelfde thematische verdeling aangehouden als op de fysieke markt. De inhoud is verzorgd door de exposanten zelf en zal periodiek worden aangevuld en/of geactualiseerd.
Wilt u zelf een ‘kraampje’ op de digitale informatiemarkt? Neem dan contact op met de VNG Utrecht via webredactie@vngutrecht.nl, onder vermelding van Digitale Informatiemarkt.
door Webredactie | okt 8, 2021 | Terugblik
Tussen nu en 2040 gaat het aantal ouderen in de provincie Utrecht verdubbelen. Dat stelt gemeenten op het gebied van wonen en zorg voor een forse opgave, aldus wethouder Hans Adriani van Nieuwegein. Tijd om de regie te nemen, vindt hij. “Een goed moment, want iedereen schrijft aan het verkiezingsprogramma voor 16 maart 2022. Zorg dat het daarin een plek krijgt, zodat het ook echt een belangrijk speerpunt wordt in het beleid van de nieuwe colleges.”
Hans Adriani is behalve wethouder in Nieuwegein tevens lid van de VNG-commissie Ruimte, Wonen en Mobiliteit en voorzitter van de Taskforce Wonen. Hij was een van de sprekers tijdens het webinar ‘Ouderenhuisvesting – In het hart van de gemeente’ van de VNG Utrecht en het Netwerk Utrecht Zorg voor Ouderen (NUZO) op vrijdag 8 oktober 2020.
De bijeenkomst werd afgetrapt door drie leden van de ‘Werkgroep Wonen van de Ouderendelegatie van het NUZO: Marijke van Aert, Jita Hoogerduijn en Theo Papilaja. Marijke van Aert opende haar deelname met een schrijnend voorbeeld van een vrouw van 70 die haar nieuwe buren ontmoette en daarbij het verwijt voor de voeten kreeg geworpen dat het een schande was dat ze als oudere vrouw nog steeds in zo’n groot huis woonde. “Die kant moeten we niet op”, aldus Van Aert, die het een urgent thema noemde waar gemeenten de komende raadsperiode veel aandacht aan moeten schenken. “Zorg dat je als politici op de hoogte blijft van wat er in wijken leeft. En bevorder de doorstroming. Met de huisvesting van ouderen kun je generaties verder helpen.”
Adequaat ouderenbeleid
Met de flyer ‘Verzilver uw gemeente – Bouwstenen voor de raadsverkiezingen van 2022’ neemt het NUZO daar alvast een voorschot op en geeft tips voor een adequaat ouderenbeleid. Volgens Jita Hoogerduijn gaat het daarbij om maatregelen op het terrein van wonen, welzijn, zorg, burgerparticipatie, mobiliteit en publieke ruimte, maar ook de houding jegens ouderen. “Het is heel erg belangrijk dat politieke partijen dat goed in beeld hebben, want we kunnen er niet meer omheen. Er zijn veel problemen met ouderen die thuis wonen. DE eerstelijnszorg kan het nu al niet meer aan. Het loopt vast en over 15 jaar loopt het nog veel meer vast. We zullen op zoek moeten naar oplossingen om wonen en zorg voor ouderen veel meer te sturen.”
Theo Papilaja op zijn beurt vroeg met name ook aandacht voor het specifieke karakter van oplossingen op het gebied van wonen en zorg voor ouderen met een migratie-achtergrond. Die kunnen namelijk behoorlijk afwijken van wat Nederlandse ouderen willen. “De standaardoplossing is geen oplossing.”
Opgave in wonen en zorg
In gesprek met dagvoorzitter Elisabeth van den Hoogen gaf Hans Adriani aan dat de groei van de groep 75 plussers in de provincie Utrecht gemeenten voor problemen gaat stellen. “Steeds meer mensen worden oud en mensen worden ook steeds ouder. Dat stelt ons allen voor een opgave in de zorg en een opgave in het wonen. Als je de cijfers bijvoorbeeld afzet tegen wat aan woningen beschikbaar is, dan schiet dat aantal volstrekt tekort om de groei op te kunnen vangen. Waar kun je als oudere wonen, zodat je zo lang mogelijk zelfstandig kunt blijven en wordt ondersteund door zorg op maat?”
De oproep van de Taskforce wonen en zorg, waarin VNG, Aedes, ActiZ, de ministeries van BZK en VWS en Zorgverzekeraars NL zich hebben verenigd, is dan ook simpel. Adriani: “Zorg dat in iedere gemeente een goede analyse wordt gemaakt van wat er op ons af komt. Want de omstandigheden zijn in elke gemeente anders. Confronteer die ontwikkeling vervolgens met aanbod van wonen en zorg in de gemeente. En gebruik dat om te formuleren wat je wilt.”

Klik om te vergroten.
Goede woningen inplannen
Volgens Adriani begint het bij het inplannen van de goede woningen. “Het helpt om heel gearticuleerd in de Woonzorgvisie te zeggen wat je wilt. Want als we even uitgaan van een bouwopgave van 1 miljoen woningen in de komende tien jaar, dan moeten daarvan 100.000 woningen geschikt zijn voor ouderenhuisvesting. En dat gaat niet vanzelf. Het is ingewikkelder, misschien iets duurder, er moeten gemeenschappelijke voorzieningen en mogelijkheden voor ontmoeting worden gecreëerd. Er zijn kortom heel veel vraagstukken. De oplossing daarvan begint bij de gemeente.”
Dat blijkt ook wel uit gesprekken met stakeholders. “Ze willen allemaal dat de gemeente de regie neemt. We kunnen dat ook. We hebben al het instrument van de prestatieafspraken met woningcorporaties, we zitten al aan de knoppen met de inkoop van zorg. Op het gebied van de langdurige zorg en zorgverzekering hebben we nog geen rol maar een duidelijk visie daarop maakt dat ook verzekeraars met je aan tafel willen zitten.”
Doe het vooral ook samen. “En dan heb ik het niet alleen over ouderen, die er vanzelfsprekend bij betrokken moeten worden. Een probleem is dat de institutionele wereld behoorlijk verkokerd is. Niet alleen binnen maar ook buiten het gemeentehuis. Men vindt elkaar niet gemakkelijk. Dat moet doorbroken worden.”

Regisseur Scott de Boer
Veenendaal pakt regierol
In Veenendaal is dat precies de rol die Scott de Boer vervult. Hij is sinds 2020 fulltime actief als Regisseur Wonen, Welzijn en Zorg namens de gemeente en fungeert als smeerolie tussen het fysieke en sociale domein. “Mijn taak is het om in kaart te brengen wat er speelt en wat er leeft er rond de thema’s wonen en zorg. Wat hebben bewoners nodig en hoe kunnen we dat in beleid laten landen?” Hij merkt dat er veel behoefte is aan die gemeentelijke regierol. “Want het is lastig om partijen bij elkaar te brengen.”
Terwijl er wel degelijk op alle fronten en ook steeds meer domein overschrijdend gewerkt moet worden, vertelt verantwoordelijk wethouder Martijn Beek van Veenendaal en tevens lid van de NUZO Raad. “Mensen hebben de wens om langer zelfstandig thuis te blijven wonen. Dat vraagt om een verbinding van wonen met welzijn en zorg. Dat gebeurt nu in Veenendaal bij de vernieuwing van Het Franse Gat. Dat is een vrij oude buurt, waar niet alleen in de fysieke omgeving veel moet gebeuren, maar ook achter de voordeur. Scott de Boer kan in die opgave zeer veel betekenen.”

Wethouder Martijn Beek
Het beleid dat wordt geformuleerd op het terrein van ouderenhuisvesting baseert Veenendaal op onderzoek onder ouderen in de gemeente. Dit woonwensenonderzoek is uitgezet onder 2000 ouderen, waarop vervolgens meer dan 1000 ouderen hebben gereageerd. “Het thema leeft”, concludeert Beek dan ook. De uitkomsten zijn vervolgens vertaald in een Omgevingsvisie. Daarin is onder andere opgenomen dat alle nieuwe woningen die in Veenendaal gebouwd gaan worden levensloopgeschikt moeten zijn. Beek: “Waar we welk type gaan bouwen zijn we nu aan het uitzoeken aan de hand van een woonzorganalyse.”
Aandacht voor kwetsbare ouderen
De leden van de Ouderendelegatie van het NUZO toonden zich verheugd over de toenemende aandacht voor ouderenhuisvesting bij gemeenten. Zij het dat Theo Papilaja daar wel een kanttekening bij wilde plaatsten. “De aandacht gaat nu wel erg uit naar de oudere, die zichzelf kan redden en ook zo lang mogelijk zelfstandig wil blijven wonen. Maar vergeet niet dat er ook heel veel kwetsbare ouderen, waar in de Omgevingsvisies en Woonzorganalyses aandacht voor moet zijn.
Jita Hoogerduijn zei blij te zijn met de goede voorbeelden waarbij de regie wordt gepakt door gemeenten. “Een goede analyse blijft belangrijk, ook om het bij de mensen te houden. Maar die regierol is ongelofelijk belangrijk. Ik hoop de aanpak van Veenendaal veel navolging gaat krijgen.”
Marijke van Aert op haar beurt wees op het belang van de woonomgeving. “Misschien is die nog wel belangrijker dan de woning. Want de omgeving bepaalt of iemand zelfstandig in zijn behoefte kan voorzien. Je kunt nog zo mooi wonen, maar als de omgeving belabberd is komt het niet goed.”
Daarnaast moet er ook oog zijn voor preventie. “Wonen met zorg is belangrijk, maar nog belangrijker is te voorkomen dat ouderen in de situatie terechtkomen dat ze zorg nodig hebben. Het voorkomen ongevallen helpt bij het beperken van de zorgafhankelijkheid.”
door Webredactie | mei 28, 2021 | Terugblik, VNG Utrecht Nieuws
Op vrijdag 28 mei 2021 hield de VNG Utrecht haar Voorjaarscongres 2021. De digitale bijeenkomst stond in het teken van de herwaardering van de publieke sector. De uitzending werd verzorgd vanuit de studio van Walt Wonder Schmidt in Amsterdam.
Tijdens de bijeenkomst werd onder andere de Algemene Ledenvergadering gehouden en stelden onze nieuwe bestuursleden Martien Brander, gemeentesecretaris van Woerden, en Pieter Bonthuis, gemeentesecretaris van Rhenen, zich aan de kijkers voor (vanaf 5:56 in de videoregistratie).
Leonard Geluk, algemeen directeur VNG, gaf een toelichting geven op ‘Haagse zaken’. Daarbij stonden met name de financiële positie van gemeenten centraal en de inzet van de VNG in de onderhandelingen met het nieuwe kabinet (vanaf 11:35 in de videoregistratie).
In het themadeel van het Voorjaarscongres stond de herwaardering van de publieke sector centraal. Kees van den Bos, hoogleraar Sociale Psychologie met Inbegrip van de Sociale Psychologie van de Organisatie, tevens hoogleraar Empirische Rechtswetenschap aan de Universiteit Utrecht verzorgde de aftrap met een bijdrage over ‘vertrouwen en wantrouwen in de overheid’ (vanaf 40:34 in de videoregistratie).
Daarna gingen Kees van den Bos, Leonard Geluk en Iris Meerts, burgemeester van Wijk bij Duurstede, met elkaar in gesprek over de wijze waarop een herwaardering tot stand zou kunnen komen. Dat gesprek stond onder leiding van Anneke Dubbink, raadslid in Houten en bestuurslid van de VNG Utrecht (vanaf 58:05 in de videoregistratie).
In de aanloop naar het congres heeft vngutrecht.nl diverse bestuurders geïnterviewd over het congresthema. Meer informatie en links naar de betreffende interviews vindt u in dit bericht.