De Vereniging Afdeling Utrecht van de VNG werd opgericht op 9 januari 1919. Haar oorsprong ligt in de oprichting van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) op 28 februari 1912, die toen begon met 28 leden. Aanvankelijk mochten alleen gemeenten met meer dan 10.000 inwoners lid worden, waardoor in de provincie Utrecht alleen Utrecht, Amersfoort en Zeist in aanmerking kwamen. In 1915 werd deze beperking opgeheven, wat de basis vormde voor bredere deelname.
Rond 1918 waren er 72 gemeenten in de provincie Utrecht. Bij de start sloten ongeveer twintig gemeenten zich aan bij de Afdeling Utrecht. Het lidmaatschap van de provinciale afdeling stond los van dat van de landelijke VNG en vereiste aparte contributies, wat soms tot discussies en opzeggingen leidde. In de jaren 1938-1940 bereikte het ledenaantal een vooroorlogs hoogtepunt van 57 van de 71 gemeenten.
Werkzaamheden en organisatie
In de beginjaren richtte de afdeling zich op het geven van advies en inlichtingen, het organiseren van cursussen, gezamenlijke inkoop en verkoop voor gemeenten, het bestuderen van nieuwe wet- en regelgeving en het bevorderen van samenwerking tussen gemeenten.
Het bestuur, bestaande uit negen leden (vooral burgemeesters), kwam meerdere keren per jaar bijeen. Daarnaast werden commissies ingesteld voor specifieke thema’s, zoals streekplannen en welstandszaken.
Oorlogsjaren en heroprichting
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de afdeling op 1 januari 1942 formeel opgeheven om te voorkomen dat de Duitse bezetter invloed kreeg op middelen en organisatie. Het werk ging echter informeel door via de secretaris.
Op 18 januari 1946 werd de VNG Utrecht officieel heropgericht, met alle toenmalige 67 Utrechtse gemeenten als lid. In 1971 verliep de statutaire termijn onopgemerkt, waardoor de afdeling juridisch ophield te bestaan. Pas op 12 juni 1985 werd dit hersteld met nieuwe statuten, zonder tijdslimiet, en vestigde het secretariaat zich in Nieuwegein, waar het nu nog steeds is gevestigd.
Vernieuwing en groei
De activiteiten breidden zich na de oorlog sterk uit, met deelname aan talloze commissies en samenwerkingsverbanden op landelijk, provinciaal en regionaal niveau. In 1981 werd begonnen met de halfjaarlijkse algemene ledenvergaderingen. De website vngutrecht.nl werd in 2002 gepubliceerd en markeerde het begin van de digitalisering van de vereniging. In 2006 volgde een nieuwe wijziging van de statuten, waardoor voortaan ook raadsleden, griffiers en wethouders in het bestuur konden plaatsnemen.
Op 9 januari 2009 vierde de VNG Utrecht haar 90-jarig bestaan, waarvoor een jubileumboek werd gepubliceerd door historicus Jacques Lemmink. In de jaren die daarop volgden verstevigde de VNG Utrecht haar profiel als onafhankelijk netwerk en podium voor Utrechtse gemeenten. De periode 2010–2014 stond in het teken van professionalisering en het toewerken naar het 100 jarig bestaan. Ook werden de archieven digitaal ontsloten (1919–2009 en 2010–2014).
100 jaar VNG Utrecht
In 2019 bestond de VNG Utrecht 100 jaar. Dat werd gevierd met een breed jubileumprogramma (debatten, themabijeenkomsten, congressen), een vernieuwde uitstraling met een nieuw logo en nieuwe website plus een duidelijke boodschap: VNG Utrecht wil informeren, inspireren en interactie faciliteren tussen burgemeesters, wethouders, raadsleden, griffiers en gemeentesecretarissen.
Door corona gedwongen richtte de VNG Utrecht zich 2020 en 2021 vooral in digitale vorm tot haar leden. Vanaf 2022 stonden de fysieke ontmoetingen weer centraal, waarbij de focus lag op besturen mét de samenleving en het balanceren tussen partnerschap en toezicht in de provinciaal-gemeentelijke verhoudingen.
In 2023 en 2024 draaide het vooral nog over het herstel van het vertrouwen tussen overheid en inwoners, waarbij ook de koppeling werd gelegd met participatie en communicatie. Intimidatie en bedreiging bleken anno 2025 een dominant thema in het openbaar bestuur. ‘Tot hier en niet verder’, luidde daarom het motto van het Najaarscongres van dat jaar. Dat betekent harde grenzen stellen aan wat wel en niet toelaatbaar is en die streng handhaven. Maar ook: incidenten niet bagatelliseren of wegpoetsen maar aan de kaak stellen en bespreekbaar maken.
Gemeenten staan met elkaar èn met andere overheden en partners voor uiterst diverse en complexe maatschappelijke opgaven. Een goede samenwerking is daarbij van cruciaal belang. Juist daaraan onleent de VNG Utrecht tot op de dag van vandaag haar bestaansrecht.